Een paar dagen geleden was het zover: mijn eerste spuit was een feit! En daarmee ging mijn IVF-traject echt van start. Ik raakte bijna ontmoedigd door het lezen van de bijsluiter van het hormoon dat ik inspoot. Maar afgezien van hoofdpijn en temperatuurschommelingen heb ik gelukkig (nog) geen last van bijwerkingen.
Vorige maand koos ik voor IVF. Daar is de nodige twijfel en angst aan vooraf gegaan. Twijfel of ik dit intensieve en pittige traject wel aan wil gaan. Angst voor wat het mentaal en lichamelijk met me kan doen. Maar onder die twijfel en angst vond ik mijn vrouwelijke kracht, mijn stevige basis. Ik voelde dat ik van daaruit dit traject aan zou kunnen. De twijfel en de angst mogen er zijn, maar ik laat me er niet door leiden.
Dus ik hakte de knoop door en koos voor IVF. Voor iets kiezen is meer dan op dat moment een knoop doorhakken, of ergens aan beginnen. Ergens écht voor kiezen betekent óók kiezen voor de gevolgen van die keuze. Dit uitgangspunt heeft me de afgelopen jaren vaak geholpen. Het zal me ook nu helpen om lastige dagen of weken door te komen. Tegelijkertijd vind ik ook dat wie A zegt niet persé B hoeft te zeggen. Je mág van mening, van inzicht veranderen. En dat gaat hierbij ook op. Als ik het echt niet trek, dan stop ik.
Wat vooral belangrijk is als ik het lastig krijg, is lief zijn voor mezelf. Voelen wat ik nodig heb en mezelf dat geven. Hoe lastig ik daarmee eventueel ook ben voor anderen. Om deze periode goed door te komen, heb ik mezelf op nummer 1, 2 en 3 te zetten. Gelukkig kan ik dat tegenwoordig, lief zijn voor mezelf. Ook als het heel zwaar is. Ik kan dan buigen, me overgeven, en goed voor mezelf zorgen. Dit heb ik enkele maanden geleden ervaren tijdens een zweethut. En die ervaring neem ik mee dit traject in.
Ook positieve gedachtes zijn belangrijk. Dus niet ‘ik moet aan de IVF omdat er iets mis is met me’, en wel ‘ik ben gezond en vruchtbaar en IVF helpt ons ons kindje te krijgen’. En ook niet ‘ik moet goed voor mezelf zorgen en ben dus een slecht mens als ik 2 kopjes koffie drink’, maar wel ‘ik zorg goed voor mezelf op een ontspannen manier en geniet dus enorm van de kopjes koffie die ik mezelf gun’. O, en ook niet ‘o mijn god, kijk naar die bijwerkingen, ik injecteer mezelf met vergif!’. Ik kies ervoor om elke keer als ik mezelf injecteer te denken ‘tijd voor mijn tovermiddeltje, dat me gaat helpen om zwanger te worden!’.
En hoe ziet dat IVF-traject er dan uit? Omdat ik de afgelopen tijd merkte dat maar weinig mensen weten wat IVF eigenlijk inhoudt (wat geheel begrijpelijk is! ik wist er zelf tot voor kort ook niks over), neem ik jullie graag even mee in deze wondere wereld. In mijn eigen taal, dus verwacht geen overdaad aan medisch correcte termen.
Enkele weken geleden begon ik met de pil. De anticonceptiepil? Ja, die. Dat lijkt gek als je zwanger wilt worden, maar door het nemen van de pil valt het IVF-traject goed te timen. Daarnaast verlaagt de pil de kans op cystes en houdt ‘ie het baarmoederslijmvlies dun.
Na 3 weken pil begon ik met het injecteren van een hormoon dat inwerkt op de hypofyse en zo mijn eigen cyclus stil legt. Hacking the system, zeg maar. Na zo’n 1,5 week spuiten krijg ik een startecho. Dan wordt er gekeken of eierstokken en baarmoeder er goed bij staan. Zo ja, dan ga ik van start met het injecteren van een hormoon dat mijn eierstokken stimuleert. Vanaf dan geef ik mezelf dus 2 shotjes per dag. Door dit hormoon ga ik als het goed is heel veel eitjes produceren (het streven is een stuk of 10, geloof ik). Tijdens deze periode krijg ik regelmatig echo’s om in de gaten te houden hoe het er voor staat met mijn eitjes. Als ze bijna klaar zijn injecteer ik mezelf met nog weer een ander hormoon en ongeveer 1,5 dag later vindt dan de punctie plaats. Mijn eitjes worden dan geoogst. (Als je nu een tractor voor je ziet die over een veld vol eierstokken rijdt, dan ben je niet de enige.)
Die punctie is het minst plezierige onderdeel van dit traject. Ik mag de avond van tevoren al lekker aan de rustgevende middelen, ’s ochtends wat stevige pijnstilling erin en in het ziekenhuis nog aan een morfine-infuusje. En ondanks dat schijnt het nogal een pijnlijke aangelegenheid te worden. De arts prikt met een holle naald door de vaginawand heen om bij de eierstok te komen en de eitjes op te zuigen. (Ik zeg dat niet helemaal goed, de follikels worden aangeprikt en leeggezogen, maar ik vind eitjes veel gezelliger klinken dan follikelvocht.) Ik mag daarna lekker bijkomen in de uitslaapkamer en mijn eitjes gaan naar het lab. Ze worden in een petrischaaltje gedaan, waar ze gezelschap krijgen van een lading zaadcellen. Op dat punt gaan we duimen dat er zo veel mogelijk eitjes bevrucht raken en zich lekker gaan delen. Drie dagen na de punctie wordt er een embryo teruggeplaatst in mijn baarmoeder. De overige ‘gelukte’ embryo’s worden ingevroren.
Na de punctie begin ik met het nemen van progesteron, voor een goed baarmoederslijmvlies. Omdat we (met hormoon nr. 1) mijn cyclus hebben stilgelegd, werkt ook het opbouwen van het slijmvlies niet meer naar behoren en daarom regelen we dit kunstmatig.
Twee weken na de terugplaatsing is tijd voor de zwangerschapstest! En hopelijk ook tijd voor een feestje.
Dit verhaal vertelt hoe het (ongeveer) gaat als alles gaat zoals gepland. De dosering van de hormonen gaat uit van een gemiddeld mens. Dat betekent dat de dosering ook te hoog of te laag kan zijn. Zo zijn er allerlei factoren die ervoor kunnen zorgen dat het anders loopt. Ik duim uiteraard dat ik (in dit geval) enorm gemiddeld ben en geheel volgens de plannen door deze weken heen rol. Vervolgens hoop ik dat ik níét gemiddeld ben en dat de eerste poging meteen raak is. Meeduimen wordt gewaardeerd!