Hoe kun je duidelijk én vriendelijk zijn?
Hoe blijf je stevig én rustig?
Hoe ben je open naar én open voor de ander?
Het is voor mij soms nog best een oefening, zeggen waar het op staat.
Zonder mezelf daarbij kleiner te maken, én zonder mezelf te gaan overschreeuwen.
Het deel in mij dat zo graag aardig gevonden wil worden, houdt me liever klein, om afwijzing te voorkomen.
Het deel in mij dat zich juist graag wil laten horen, doet soms iets te hard haar best. Vanuit ongemak en onwennigheid maakt zij zich juist te groot.
En daar ergens tussenin vind ik rust en vertrouwen. Daar hoef ik me niet te verstoppen en niet te bewijzen. Daar mag ik zijn. Zijn wie ik ben, en hoe ik ben. En daar mag ik ook oefenen en ontdekken.
In sommige situaties gaat dit al (bijna) vanzelf. En in andere situaties schiet ik nog makkelijk in mijn uitersten.
En volgens mij is dit zo’n universeel thema. (Ik vermoed meer voor vrouwen dan voor mannen, maar correct me if I’m wrong
) We vinden van alles van onszelf. En vaak ook van elkaar. En daardoor is er weinig veilige ruimte om hierin te groeien.

Hoe ervaar jij dat? Zeg jij makkelijk wat je vindt? Of voel je je daarin geremd?